SV | Ziet, de hand des HEEREN is niet verkort, dat zij niet zou kunnen verlossen; en Zijn oor is niet zwaar geworden, dat het niet zou kunnen horen. |
WLC | הֵ֛ן לֹֽא־קָצְרָ֥ה יַד־יְהוָ֖ה מֵֽהֹושִׁ֑יעַ וְלֹא־כָבְדָ֥ה אָזְנֹ֖ו מִשְּׁמֹֽועַ׃ |
Trans. | hēn lō’-qāṣərâ yaḏ-JHWH mēhwōšî‘a wəlō’-ḵāḇəḏâ ’āzənwō miššəmwō‘a: |
Ziet, de hand des HEEREN is niet verkort, dat zij niet zou kunnen verlossen; en Zijn oor is niet zwaar geworden, dat het niet zou kunnen horen.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Ziet, de hand des HEEREN is niet verkort, dat zij niet zou kunnen verlossen; en Zijn oor is niet zwaar geworden, dat het niet zou kunnen horen.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!